Een faillissement kan op verschillende manieren eindigen. We zetten deze verschillende manieren op een rij.

Vernietiging door rechter

Een faillissement kan eindigen doordat een hogere rechter het vonnis waarmee het faillissement is uitgesproken terugdraait. Er is dan tijdelijk sprake geweest van een geldig faillissement. Alle gevolgen  van het faillissement worden dan teruggedraaid. Eén gevolg van de faillietverklaring kan niet worden teruggedraaid: het salaris van de curator moet door de ex-failliet worden vergoed. Deze manier waarop een faillissement eindigt, geldt alleen als op tijd verzet of hoger beroep is ingesteld en dit verzet of hoger beroep slaagt.

Opheffing bij gebrek aan baten

Opheffing bij gebrek aan baten komt het meeste voor. Vaak ontvangen alleen de schuldeisers die een voorrangspositie hebben (een deel) van hun vordering terug; dan ontvangen de gewone schuldeisers niets. Soms brengt de boedel zo weinig op dat zelfs de schuldeisers met extra rechten niets ontvangen. Na deze afwikkeling houdt het bedrijf of de instelling op te bestaan. Dat wordt ontbinding genoemd.

Bedrijf/instelling: verificatie

Als het faillissement niet wordt opgeheven bij gebrek aan baten, dan begint de verificatiefase. Deze fase is gericht op het vaststellen (al of niet erkennen) van betwiste vorderingen. Als u schuldeiser bent en uw vordering is al erkend, dan hoeft u niet op de verificatievergadering te komen. Wordt uw vordering wel betwist, dan is het verstandig naar een advocaat te gaan.  U loopt anders het risico dat u een (gedeeltelijke) betaling misloopt.

Akkoord

Een akkoord is een aanbod van de failliet om een deel van de vorderingen te betalen in ruil voor kwijting. Het benodigde bedrag wordt ter beschikking gesteld door derden. Dat kan een andere rechtspersoon zijn (bij bedrijven), of het kan gaan om familie of vrienden die een bedrag ter beschikking stellen (bij een faillissement van een particulier). Een akkoord wordt in stemming gebracht op de verificatievergadering. Als het akkoord wordt aangenomen leidt dat tot opheffing van het faillissement. Doorgaans wordt gewerkt met schriftelijke volmachten vooraf. Bij een akkoord ontvangen schuldeisers met een voorrangspositie vaak het dubbele.

Vereffening en uitdeling

Als er geen akkoord komt, dan wordt de boedel te gelde gemaakt (verkocht of geveild). Daardoor ontstaat een saldo op de faillissementsrekening. De curator kan dan een uitdelingslijst opstellen. Schuldeisers kunnen tegen deze lijst bezwaar maken. Na de behandeling worden de uitkeringen gedaan. Daarna eindigt het faillissement en houdt het bedrijf of de instelling op te bestaan. Bij een particulier of eenmanszaak blijft de “natuurlijke” persoon voortbestaan; na opheffing van het faillissement herleven de bevoegdheden van de schuldeisers om schulden te verhalen op het vermogen (dat er na een faillissement meestal niet meer zal zijn) of op het inkomen (waarop beslag kan worden gelegd).

Particulier / eenmanszaak: omzetting

Een faillissement van een particulier of (IB)ondernemer (eenmanszaak, V.o.F) kan eindigen op alle bovenstaande manieren zoals bij een faillissement van een bedrijf / instelling, maar daar komt nog een andere belangrijke mogelijkheid bij. Dat is: omzetting van het faillissement in de wettelijke schuldsanering (WSNP) op grond van art. 15b faillissementswet. Het grote voordeel is dat de schulden aan het einde van de regeling helemaal worden kwijtgescholden. Zonder WSNP krijgt een particulier geen schone lei en blijft hij nog jarenlang aansprakelijk voor de schuldenlast, en dat is vaak uitzichtloos. Wij zijn specialist in omzettingszaken. Als omzetting niet lukt geven wij rechtshulp bij het Gerechtshof. Kijk hiervoor op wsnp-hogerberoep.nl.

 

Dit artikel is onderdeel van de serie Hoe werkt faillissement?